Fleur van der Laan wordt op 10 september 1975 geboren in Voorhout als eerste kind van Paul en Maria. Het reizen zit haar direct al in het bloed. Zodra ze kan kruipen ontsnapt ze geregeld uit de tuin van haar ouderlijk huis. Een oppasmoeder die een week voor Fleur moet zorgen, zegt: ‘dit kind heeft een eigen willetje. Die zal haar weg wel vinden’. Fleur is dan twee jaar oud.
Een jaar later verhuist het gezin naar Leiden waar Fleur gezelschap krijgt van een broertje: Laurens. De buurjongen wordt haar eerste vriendje. Maar hij wil later in een Volvo rijden, terwijl Fleur net als haar moeder kleuterjuf wil worden en op de fiets naar haar werk zal gaan. Fleur en haar buurjongen zijn niet voor elkaar bestemd.
Omdat vader een andere baan krijgt, verhuist het gezin naar een oud spookhuis aan het haventje van Oud-Beijerland in de Hoeksche Waard. Fleur wordt vanuit het dorp met de taxi heen en weer naar de vrije school gebracht in Rotterdam. In augustus 1980 komt er een tweede broertje: Sebastiaan. Vier jaar later is het gezin compleet als Servaas word geboren. Het ventje lijkt als twee druppels water op zijn negen jaar oudere zus.
Avontuur
Als Fleur twaalf jaar is, wordt ze door haar vader in haar eentje naar Frankrijk en Engeland gestuurd om andere talen te leren. Op de ferry naar Dover ontdekt ze dat ze als enige van de vijfhonderd passagiers niet zeeziek wordt van een storm die de boot op en neer doet deinen. Na haar buitenlandse avonturen wachten zes jaren op het Marnix Gymnasium in Rotterdam. Als Fleur in 1994 haar diploma haalt, woont ze al op zichzelf in een oude school in Rotterdam. Ze was het polderleven zat. In Rotterdam werkt ze als naaktmodel voor kunstenaars en runt ze een broodbakbedrijfje.
Geïnspireerd door het boek De Zwerftocht van Belcampo zwerft Fleur na het gymnasium vier maanden door Europa. Ze ontmoet een Schotse acteur, verkoopt haar bezittingen en reist hem achterna naar Edinburgh. Maar de Schot heeft meer interesse in drugs dan in Fleur. Na twee weken verlaat ze hem, maar ze blijft in Schotland en vindt een huis op het platteland. Ze werkt als model op de Edinburgh Art College en volgt een opleiding etstechniek aan de Glasgow School of Art. Haar belevenissen worden opgetekend door de ‘Glaswegiaanse’ schrijver Barry Graham die het hoofdpersonage Françoise in zijn boek Before op Fleur baseert.
Varen
In 1996 reist Fleur met haar ouders mee terug naar Nederland. In Rotterdam veranderden de etsen van Schotse kastelen in schepen die ze over de Maas ziet varen. Langzaam groeit het verlangen om te gaan varen. Ze krijgt een baantje als serveerster op een Rijn-Donau cruiseboot maar dat avontuur duurt niet lang. Nadat ze hete borden vol eten op de schoot van de kapitein heeft laten vallen, wordt ze ontslagen. Fleur blijkt niet geschikt voor de horeca, maar de liefde voor het varen blijft. Fleur meldt zich aan bij de Zeevaartschool.
Hier begint definitief haar avontuur als zeevrouw. Eerst als leerling op een koopvaardijschip waar de bemanning het meisje het leven zuur probeert te maken. Terwijl iedereen verwacht dat ze tijdens die ontgroening op zal geven, schrijft Fleur haar belevenissen op en stuurt ze naar de krant van de Zeevaartschool. De directeur van de school laat de verhalen bundelen tot een boekje: De Leerling (2000).
Schrijven
Als machinist bevaart Fleur de wereldzeeën. Met de Roerborg vaart ze tussen Rotterdam en het Caraïbische gebied. Haar belevenissen als derde machinist worden in verhaalvorm gepubliceerd in het weekblad Schuttevaer. Op de Rhoneborg ontmoet Fleur Boris, de man die haar leven zal veranderen. Boris lijkt als enige van alle mannen aan boord niet geïnteresseerd in de vrouwelijke machinist. Fleur raakt door hem geïntrigeerd, reist hem achterna, leert Russisch en schrijft uiteindelijk een boek over hem. De novelle Rus wordt in 2005 uitgegeven. Later zal Fleur zelfs haar Siberische husky naar Boris vernoemen.
Fleur koopt in 2004 een huis aan de dijk in Schoonhoven. Vanuit haar huis kan ze de boten die over de Lek varen in de gaten houden. Aan wal houdt ze zich bezig met schrijven, kick-boksen, lange-afstand-skiën en winterkamperen. Ze ontwerpt uitrusting en materiaal voor winterkampeerders, maakt tochten in haar Landrover en met hond Boris wint ze meerdere sledehondenwedstrijden. Ook op zee duurt het avontuur voort. Ze vaart op een Russische kabbellegger, een Nederlandse oliebestrijder en in Colombia vist ze met een baggeraar zo nu en dan lijken uit het water van Buenaventura. Op de Middellandse Zee ontmoet ze stuurman Sergei, een onvoorstelbaar personage op wie ze haar roman Zwarte Zee (2009) baseert.
Skadi Aan de wilde zee-avonturen komt voorlopig een eind als op 31 januari 2012 dochter Skadi wordt geboren. Skadi is de godin van de jacht en de sneeuw in de Edda, de IJslandse mythologie. Een jaar later sterft hond Boris plotseling. Hij werd zeven jaar oud. Het verdriet is groot, ook van de kleine Skadi. Fleur en Skadi zoeken troost bij elkaar. Ze zijn onafscheidelijk. Ze brengen thuis veel tijd met elkaar door of trekken er samen op uit. Intussen werkt Fleur aan haar bedrijf Rosa Ulitsova Valenki Laarzen. Ze importeert deze valenki, typische vilten winterlaarzen, uit Rusland en verkoopt ze online. Maar boven alles blijft Fleur een zeevrouw. Ook aan wal blijft ze schrijven over het leven op zee. Haar nieuwe roman Zeevrouw wordt in 2013 gelanceerd. |
Fleur als Skadi |