Schuttevaer, augustus 2008
Volgens de nieuwsberichten heerst er een bemanningstekort op de Nederlandse vloot. Er is een gebrek aan goed opgeleide officieren.
Enkele jaren terug vond er een grootscheepse schoonmaak plaats en werd een deel van het Hollandse personeel ontslagen. Er stond geen advertentie meer in de krant en geen enkele rederij bood vacatures aan. Open sollicitatiebrieven bleven onbeantwoord. Buitenlands personeel kon echter overal aan het werk. Russen en Filippijnen namen de plaats in van de nationale bemanning.
Nu lijkt het tij gekeerd. De zeevaartkranten staan vol leuzen en kreten om geschoolde krachten naar zee te lokken. Zouden verloederde machinekamers en uitgewoonde bemanningsverblijven toch het resultaat zijn van de exploitatie van goedkope, slecht opgeleide buitenlanders, of willen de rederijen puur uit vaderlandsliefde weer lieden van eigen bodem aan boord?
Er wordt veel geld besteed aan reclame: ‘zeebenen gezocht’ klinkt het, of ‘je toekomst ligt in het water’, maar wil de jeugd nog wel naar zee?
Vroeger ging men varen omdat het spannend leek, omdat het leven uitzichtloos was of omdat het nu eenmaal in de familie zat. De reizen waren lang, maar je maakte wat mee. Als officier wás je iemand, je had privileges, het eten werd opgediend, er werd voor je gewassen en er bleef nog tijd over om te passagieren.
Tegenwoordig kiest iemand bewust voor een zeevaartloopbaan. De reizen zijn inmiddels iets korter, maar toch is de zeeman gemiddeld zeven maanden in het jaar van huis. Hij maakt overuren omdat op het bemanningsaantal is bezuinigd. Het eten mag hij zelf opscheppen en de was doet hij in zijn vrije tijd. De laad- en losfaciliteiten in de havens zijn gemoderniseerd waardoor een schip op de dag van aankomst meestal ook weer mag vertrekken. Bij uitzondering overnacht een koopvaardijschip wel eens aan de kade en kan de bemanning de wal bezoeken.
De huidige officier heeft meer plichten en minder vrijheid vergeleken met vroeger. Zijn leefomstandigheden zijn echter nauwelijks veranderd. De hutten zijn vaak klein en hebben soms niet eens een poort. Er is geen schoonmaakster aan boord die de kantoren na sluitingstijd reinigt. Dat doet de zeeman zelf, hoewel hij daar, na een dag werken, niet altijd zin meer in heeft. Sluitingstijd bestaat sowieso niet op een schip, het bedrijf draait continu door. De maaltijden worden over het algemeen gekookt door een buitenlandse kok, die niet altijd begrijpt wat de Hollanders gewend zijn te eten. Het is eten wat de pot schaft. Met vegetariërs of anderszins afwijkend eetgedrag wordt geen rekening gehouden. Communicatie met het thuisfront geschiedt door middel van e-mail. Alle privé-berichten komen echter op één adres binnen en kunnen door iedereen gelezen worden. De internetverbinding komt tot stand via de satelliet en is alleen bestemd voor e-mailverkeer. Voor internetsurfen is deze faciliteit net iets te prijzig.
Het grote voordeel dat de zeeman aan boord van een schip geniet is het feit dat hij lopend naar zijn werkplek gaat en niet in de file hoeft te staan. Een andere gunstige bijkomstigheid van dit werk is dat hij zo’n vier maanden van het jaar volledig vrij is. Tenslotte krijgt hij meestal aan boord de kans niet om zijn verdiende gage uit te geven en komt hij thuis met een grote stapel geld. Het lijkt er dan op dat zijn inkomen riant is, maar is dat werkelijk zo?
Een kapitein van de kleine handelsvaart heeft bijvoorbeeld een jaarsalaris van E 30.000. Als hij acht maanden per jaar aan boord werkt, waar hij 24 uur per dag in dienst is, verdient hij ruim vijf euro per uur.
Loondienst aan de wal is voor de moderne mens veel aantrekkelijker: ’s avonds sluit kantoor en mag de werknemer naar huis. Auto en telefoon van de zaak. Geen dure gesprekken vanuit het buitenland. Ergonomische bureaustoelen en voldoende daglicht en ventilatie op de werkplek. Regelmatige werk- en schafttijden. Geen zeeziekte of verstikkende tropenlucht.
Bij een baan aan de wal ontbreekt de romantiek of het avontuur van verre reizen. Varen is een prachtig vak. Maar is het leefklimaat van de scheepsofficier niet ouderwets? Is zijn gage niet wat achterhaald? Misschien moeten de scheepvaartrederijen in plaats van geld te verspillen aan dure reclame en zieltjeswinning eens investeren in de zeeman zelf!